Concordance - under construction

A | B | C | D | E | F | G | H | I | J | K | L | M | N | O | P | Q | R | S | T | U | V | W | X | Y | Z

aakster [1]	Die klapten 't als een Aakster
aam [1]	schept mijn long mijn ziel weer aam
aam-gat [1]	water vond sijn aam-gat open
aan [84]	vuyr stak my de liefd' eerst aan Tot dat ik aan het end zal Tot dat ik aan het end zal Als morgen dauw aan zulke rozen hangen Want aan uw ogen is my neer en bie mijn diensten aan Geswollen aan den Rijn En lei door my een vuurtjen aan die hou zich aan een kant Ik volg u achter aan Gullamilde aan het swijmen in Dat vuur groeit aan en baart gewenste Aan kaakjes of lipjes vol gloejend 't geluk met gonst quam bieden aan Als men aan 't fatsoen wel Wel aan gezellen zach een Fuyk aan Amstels groene boorden een zoetjes mont aan mont Aan een gesnoert door vaste trouw Met deze woorden aan O fiel Hy siet noch God noch Godsdienst aan en gesloten dicht aan een my te sterven aan deez' wond ziet zijn tergers met langmoedige oogen aan op zijn tergers aan komt schieten hem te binden aan een boom moet het niet aan Amarille seggen song sijn vreugt aan bomen en aan aan bomen en aan weiden Aan 's anders schade aan 's 's anders schade aan 's anders na Aan 's anders schande en los Echo teeg terstont aan 't stuyten niet te veel aan spel en speelnootinnen Of aan haar Moeders zijde De Roosjes zijn aan 't open gaan Sy hoorden 't lietjen aan Komt spreekt my morgen aan Dat staat my beter aan Aan een stroom Aan u moet ik klagen Aan u moet ik klagen Den dach is aan 't rijzen en en 't nachjen aan 't dijzen bloed en Maagdenwas aan een Mijn boesem sloeg aan 't beven Aan het schoon der ydelheyd Slaat aan 't kraaken in 't weste aan 't ondergaan avond steekt heel vroeg haar lampen aan Die prijzen 't ons met vaarzen aan met den Wilg aan 't beekjen groeyen De wolken roosten aan den hoogen Verwelkomt aan uws broeders vette Dat aan uw Oom dien Aan 't kantjen van een varze Zing hoewe ons aan elkaar verbonden zing voor al aan 't bos van Tot dat gy aan het vruchtbaar Pruysen Wat 's aan blad en kruyt Zetten 't leven luyster aan Zich geeft aan die Diaan gevangen En hangts'er aan voor starre-lichten dwaasheyd gaat my aan het hart Wat ziet gy dese schoonheyt aan Weer brengen aan uws vaders kust van uw trouw aan d' Amstel-kust mensch zo dacht hy en stapte aan Begroeyt met ruygte aan weder-zijden hy zich vand aan d' ingang van Dat zachm'er aan een nagel hangen siet op en grimlacht hem eens aan nacht quam snelder aan getogen De wind groeyde aan en maakte groote Het schip aan lager wal gedreven den held geseten aan haar zy ging toen ging mijn ramp eerst aan avond was alrede aan 't komen Den knaap koomt licht op onsent aan al vergeefs de nacht quam schielijk aan halve Maan alrede aan 't klimmen Het staat ons hier niet langer aan hoogt zy flaauw aan elke zy Argivina voor Venus aan EYNDE
aangenaam [1]	Ik zing met aangenaam vermaak
aangename [1]	O Aangename jonge jeugt
aangesicht [1]	Quam scheem'ren in haar aangesicht
aangesweept [1]	Door Leerzucht stadig aangesweept
aangroey [1]	en deugd staag aangroey en vermeere
aanhoorden [1]	En aanhoorden mijn minne-klacht
aankraaiden [1]	Den dageraad aankraaiden 't geen men
aanlokkelijke [1]	loddere oogen vol aanlokkelijke brant
aanschoot [1]	De beuk'laar aanschoot en het swaart
aansicht [3]	dit in 't aansicht snaauden bloed in 't aansicht spat Nimphjen dat haar aansicht draayden
aanspraaks [1]	porren al mijn aanspraaks krachten
aanval [1]	Dien aanval lukt niet maar
aanzicht [2]	Langs 't aanzicht in de glaze Uw aanzicht niet met nevel
aar [1]	een bron ten aar uyt wringen
aarde [3]	Schoonste Nimph daar baart ons d' aarde vrucht blijft d' aarde in haren stand En aarde en lucht in
aarden [2]	hier op der aarden geboud Verdiende door de min geschopt ter aarden
aaren [1]	met het swarte bloed uyt d' aaren
aars [2]	Wie aars dan die die dan die die Juno en Bellone aars
aart [3]	Felaas oor ô Fela schoon van aart Doch na den aart der grootste zielen by het swarte hayr langs d' aart
abelen [2]	In linden en abelen abelen populieren linden en abelen abelen populieren
abricoosjen [1]	Bolder dan het Abricoosjen
abrikozen [1]	lief is bolder dan de purpre Abrikozen
ach [15]	Ach ik bid den hoogen Hemel omhals uw minnaar dan mijn leven Ach zuchte en sprak ach woud gy 't haar niet over ach dan tranen klachte 't al vergeten ach ondankbaare en ontaarde Te wand'len ach Ach schone verkeer eens Ach schone verkeer eens Rampzalige ach gy doet my Maar ach die dwaasheyt stont Ach kost gy vliegen in de Wy bleven op het voor-schip sitten Ach Toen riep hy Ach mijn Leliane diep al gaande ach ach al so diep al gaande ach ach
achrons [1]	Naar Achrons gront
acht [7]	wie wil ik acht hem niet rechtschapen Acht geen and're lekkerny De liefde acht minder als een Hy lacht en acht het al voor HY lacht en acht wiens fiere hart Acht weeken zag de nacht en Alle and're dingen acht ik niet
acht'ren [1]	't gaat van acht'ren door
achtbaarheyt [1]	Uw achtbaarheyt mijn graagte word
achte [2]	Ik achte te smachten dit te smachten dit beyden dit wachten achte
achter [5]	Ik volg u achter aan Zat achter eene dichten struyk het veld haar achter heer te peuren 't geen hier achter sleept 't geen hier achter sleept
achterdenkende [1]	Ze is achterdenkende en voorzichtig als
achteren [1]	Swaluw die van achteren tot vooren
achterhalen [1]	'k Kan u niet achterhalen
achtien [1]	Maan haar hoorens achtien malen
ad'ren [1]	MElarkus had zijn ad'ren vol gepeepen
adem [1]	hoe dat zy adem haalt
aderen [1]	van zuchjes ten aderen uit
adoon [1]	Uyt de bloed-bel van Adoon
aen [3]	't hooft tot aen de voeten queelt een deuntjen aen de stroom Zo als zich aen de poort zijns
aengename [1]	Doet aengename vruchten komen
aengesweept [1]	Door leerzucht stadig aengesweept
aerden [1]	Eerse in der aerden wierd gehecht
af [14]	naamt my meerder dan het leven af naamt my meerder dan het leven af LAat af ô Bloempjes van MYn schone droog uw tranen af vast een poos de vinn'ge dreven af drayt het oog ten klaren spiegel af Ten rust-bedde af te gaan pijlen als pijlen af komen veld zijn dagen af te leven een Swaan lijde ik het leven af veld zijn dagen af te leven Zy treden af by donk're maneschijn socht en liep my self schier af Van dien tijd af hebbe ik het
af-zijn [1]	Zech hoe haar af-zijn hem doet branden
afstoot [1]	Die 't alles 't hart afstoot
afwijkt [1]	De speen verlaat ten blanken borst afwijkt
ai [1]	Ai kom omhals uw minnaar dan
akker [1]	Al zingend' trekkende ten akker
al [86]	En gloeit al was 't van Al het puyk der Velt-godinnen Liefdens-hof braveert het al Dat al 't geurig-groen bederft Die al zijn tijt Daar men 't al om geven zou doe my vry al weder blaken Palder staat voor al mijn klachten Hoe lang al even trots de Nimph niet al te stuurs van Al te naauw beslooten ward Dat heeft al lang Al 't wilde woud riep Mierus Noch al de prachten van Noch al de prachten van Die streek met al mijn gunst en knaap en voer al lustig voort Al wat een mensch kan in Al lang genoeg de goude tijd Al wat leeft en sweeft moet Al de Nimphjes die de Min vruchten die het al doen buigen kansjes zijn dan al verkeeken Al lachgende zijn Moeder-lief bekijkt zulken vrucht moet al de wereld leven buiten staan voor al uw leven Men doe al wat men denkt min met u al jonge harten Al wat 'er komt zal op Al wat hem naakt om wraak Al staag weer met een nieuwe Voor al uw trouwe diensten Het Ringel-duifjen en al 't Pluim-gedierte vrijd Al komt de droes met al de droes met al haar plagen Nu brocht gy moed en al En al mijn leed beschreien Tot al sijn vreugt tot sijn vreugt tot al sijn troost en bed en droop al rookend van de Is 't al vergeten ach ondankbaare Die nu al in sijn armen En 't al kan schenden en acht het al voor kind're zang Al 't kleyne pluym-gediert gewoon in is het noch al meer Een vuur dat al de wereld streelden voed uw ziel al vuur'ge smart OCh Leliana och al mijn goet lust die 't al verheert Al wat my op de weereld Al wat trots is doet gy slaap die 't al verblind Door al de Weereld vliegen Om al wat harssens draegt 't Hing al van melk en En setten al de Zaal in Al zingend' trekkende ten akker veel ramp 't al onder bracht En al de woestheyd schijnt Van al uw Y en Maar zing voor al aan 't bos Noch al staatze kant en Dat zy al mijn leven sta noch Vryers nu al Mans Van het al bevattende Die al zijn goddelijk vermogen Al drijvend langs haar bieze boorden En porren al mijn aanspraaks krachten op dien top al heyl is Kijk al na hooge en Nu lobden hy al in de golven En doen al wat de liefde moet en gaat al voort En al zijn frisse leden Op my verlieft al zijne dagen Met al het geen dat Zo wachten wy al suchtende den dag En al so diep al al so diep al gaande ach ach En heb haar al ons avontuur vertelt Maar al vergeefs de nacht krimt en geeft al brullende de geest Zy sleeten al hun levens dagen 't Is al volmaakt geschapen maar Nu stromen al mijn geesten weder
albeheerschende [1]	Albeheerschende Natuur
albeheersend [1]	Strooyden 't albeheersend wicht
aldus [1]	liet hem dus elendig klagen dus aldus
algemist [1]	Schoon d' Algemist zijn doelwit raakt
allarmen [1]	Men hoort zijn krijgs-stem niet allarmen
alle [14]	Dat gy alle vreugden vliet de kroon van alle lust en weelden Kan alle vreugde tarten Weegt meer als alle mijn verdiensten t'samen liefde breekt door alle rampen Alle ydeltuytery en alle slimmigheden Alle ydeltuytery en alle slimmigheden Daagt alle smart in 't Alle and're dingen acht ik niet Met alle deelen blood Dit leven loofden alle wijzen poiren schept voor alle qualen Gaar alle kunsten tot een Wy dan van alle hoop verlaten
alleen [11]	Die alleen de reuk niet Verlaten heel alleen En laat uw lief alleen een stier verlieft alleen ging dwalen Als alleen met groene blaan Waarom lang alleen geslapen En liet my hier alleen Een kleetje alleen bedekte haar heupe Alleen die and'ren altemaal Ik wierd alleen als 't hoogste Ik stont alleen bedroeft en schreyden
alleene [1]	Als 't treuren als 't treuren alleene
allen [1]	Die strijkt de praalkroon van hun allen
allengsjes [1]	buygt zo zoet allengsjes sachjes neer
aller [2]	Uyt aller menschen ogen lagen Rekke aller Nimphen halzen op
allerbeste [2]	Ons allerbeste goet Uw allerbeste goet
allerbesten [1]	Zie hier mijn Vriend den allerbesten
allereerste [1]	Zijn allereerste wederman
allerflaauste [1]	gunt ons d' allerflaauste weelde niet
allergroost [1]	desen was uw allergroost vermaak
allerkuyste [1]	Gy hoeft ô allerkuyste Maan
allerschoonste [3]	ALlerschoonste Maagdelijn te beurt dese allerschoonste droom Van d' allerschoonste Barbera
allerstoutste [1]	Den allerstoutste en starkste man
allerzoetste [1]	Allerzoetste minne-smart
alles [9]	door wien het alles leeft 't Moest alles buigen voor mijn 't Moest alles buigen 't Moest alles buigen voor mijn Dat alles siet en alles alles siet en alles weet Hy dwingt het alles met geweld 't MOet alles wijken voor de Die 't alles 't hart afstoot
alom [1]	Een zal'ge berg alom bewossen
alrede [2]	Den avond was alrede aan 't komen De halve Maan alrede aan 't klimmen
als [153]	Als zy in 't uchtent bloozen Als zy my maar streelden Die als roozen blaaken 's UChtens als het haantje kraayt Als den dag begint te krieken Morgen uchtend als het daagt Als het licht het duyster vaagt Als de lipjes kleven Als zy cieraden voor moeder naakt spreit de schaampte als rozen op de Als gy cieraden voor moeder-naakt doet Door liefde als my 'k geloove Geen bossen neen niet anders als Toen riep hy als van hoop versteeken Maar als hy 't beeld Hy smolt als sneeuw in zonne-schijnen Zoo als hy lach op zieltjes zuchten helpt als gy zoo naar Swart als pek en heet pek en heet als vuur Als het hart is doorgebrooken Gelijk als een harde rots Tralien zoo wreet als uw Meest'resse Als morgen dauw aan zulke rozen u toe kaatst als in 't wout vind 'er die als zotten Als ik bemin als ik bemin Als ik bemin als ik bemin een koolen worden root als gout Als 't zonne-schijntje in het koude Als men blijft op 's Hemels Och ik quijnde als vader my van Als met mijn bloed de ziel Als een pijlschacht van een pees Toen riepse als in een droom goud dan meer als deugd Is rijkdom waarder als een schone jeugt Is rijkdom waarder als een schone jeugt schaam sich die als Cannus suster woed In 't duister als gy eertijds hebt Ik min niet als die dwase maagt Duizentmael zo zoet als room Tot datse als room ten laatste Als ik wel eer een kusjen Zo spits als riet en bitterder Ia wrevelder als een getrede slang In schoonheit als den hogen Eekelboom In 't Lindebos als d' Els by NImphjen als ik 'er uw blijft het hangen als 't Byelijn doet Als 't windjen door haar telgen Zo blank als melk geplekt met Als alleen met groene blaan Als men aan 't fatsoen wel De tijd vlied als de stromen eens rustig op als Lijsters Gunstig als den helt verkeeren Beyd' schoon als d' eene d' Als hy door last ons fel Weegt meer als alle mijn verdiensten Verquikt als ik het lek lek my meer als 't bloed der Om als een duyfjen wech Als winter-wolven uyt zijn armen Was als verstikt en wech Met valt hy als een Teyger an Zo vaart hy als een bos-leeuw voort Als gy vaak voor hene deed Haar minne als 't hun lust liefde acht minder als een veer Als d' Eekelboom de vlagen Tot ik als dauw verdwijne Als dauw voor 't helder schijne Des uchtens als sy sweld Als lelien daer de wederschijn krullend hair dat als een krans Wenst als hy voor haaar EMilia so kuis als schoon van wesen Als hy vol lust sijn schoone Als gijle min dit kuissche bed hem so klaar als dag te vore Op eene nacht als Dialarkus vleyden Als in den buyk der dieren En steeg als man te paart Als gy omzingelt waart hoe stutten de vuyst beharnast als een man Geen grooter razerny als omgekeerde min Zo als zy bezig zijn Maar Amaril ging als een jachthond schuuren Die klapten 't als een Aakster Met als Bloemert dus begon 'er schoonder schoon als wijsheyd eer en Haar kaaken gloeijen als het bloosjen van Haar lippen als een Kers Zo bruyn als Diamant Mijn Gloroos als zy maar met is zoo redenrijk als 't Nimphjen dat en luystert toe als zy begint te achterdenkende en voorzichtig als een Slange Zo ver als 't goud zijn Zo ver als 't rijpe graan een Maagd zo als eenvuldigheyd en zeden Onnozel als een kint Quetzen als pijltjes van een Lipjes die als rooze-blaan Als hy 'et van zijn Lauren Als ikje nu maar vinden kan My quynen als een bloem op Als Mars in 't blanke staal my veel meer als het klinken Als men ziet kommen Als pijlen als pijlen af komen Als pijlen als pijlen af komen Als 't treuren als 't treuren Als 't treuren als 't treuren alleene Als de Goden Nektar dronken Bey haer oogen als dit vat Als gy maar een lonkjen geeft Als yder noch te slapen lach Leeft zalig als hy buyten leeft Van riet gebout als op den hogen Niet als den Vorst die Die als een root scharlaken By winter als de wat'ren sluyten Van riet gebout als op den hogen SPits-broeder als gy naar uw morgen-dauw zoo zoet als honing nat Als 't leven u verdroot door Maar als de Zon rijst Zing meerder als ik u wel Men moester u als Vorst onthalen schoon mer u als Vorst onthaalden Wit besturven als een doot Als 'er blad en bloeyzel sproot Wenschen meer als half volbrocht Leef zo als gy wenschen kant Als 's levens maat is opgevult Als of men Maroos veld-pijp hoorden Zo als zich aen de Zo haast als sy de knaap stond hy stil als een verstelden Zo als het wierd beschemert Veranderde als de vroege morgen kunt gy doen als gy dees borst my en verdwijn als rook raad en daad als broeder by te Ik wierd alleen als 't hoogste pand Zo als de Zon in Als hy de rook sal op En zich als blood op melk Als sneeuw wanneer den uchtent zonneschijn Gelijk als veele zien door En als sy treet verkreukt
alsiende [1]	O Gruwel o alsiende Goden
altemaal [2]	Alleen die and'ren altemaal verft de krop zo verft het altemaal
altijd [5]	Hoe straf altijd den hoogmoet dwong Altijd slaap'rig altijd blind Altijd slaap'rig altijd blind leven zal ik altijd prijzen Altijd met vlijt mijn stap-steên na
amaril [1]	Maar Amaril ging als een
amarille [2]	Hier vonden hem Dareide en Amarille het niet aan Amarille seggen
amiel [1]	ZO zach Ar'mant zijn lief Amiel
amiela [2]	bloed van droop Amiela voor strijkt met zijn Amiela heen
ammoerellen [1]	Doen d' Ammoerellen blozen
ammons [1]	By Ammons blixem-vuur en donder
amorellaas [1]	'k uyt mijn Amorellaas lippen zoog
amstel [1]	uw Y en Amstel vrinden
amstel-bloem [1]	O geurige Amstel-bloem
amstel-kust [1]	My van uw trouw aan d' Amstel-kust
amstels [1]	een Fuyk aan Amstels groene boorden
amstelstroom [1]	Die haar spieg'len in de glazen Amstelstroom
an [4]	trek ay trek uw snelste vleugelen an Met valt hy als een Teyger an Prille Nimph zo moetj'er an Men suchte en riep den hemel an
and're [3]	Acht geen and're lekkerny die op een and're tijd Alle and're dingen acht ik
and'ren [4]	d' eene d' and'ren wast Mijn diensten boven and'ren By and'ren mach die denking Alleen die and'ren altemaal
ander [3]	Een ander hou de Rijnse-wijn EEn ander zing van krijg t'zamen naar een ander land
andere [1]	Andere Vryers
anders [12]	bossen neen niet anders als Die 't graag anders wouw Anders leyd het in haar zin Of anders word hy licht Die anders haren vyand tarten Aan 's anders schade aan 's schade aan 's anders na berou Aan 's anders schande en los Maar anders is 't by is 't leven anders niet Keer weer of anders zal 't u Of anders sult gy met
andre [1]	hem van d' andre zeyde
angst [2]	waren wy in angst en zorgen ik so in angst en rou
antiopana [2]	ANtiopana lief ô mocht ik raaken Antiopana ziet uw Minnaar stikken
antwoord [1]	Dit was sijne antwoord dien hy gaf
appel [6]	En met d' Appel en met d' en met d' Appel en met d' en met d' Appel gaat strijken En met d' Appel en met d' en met d' Appel en met d' en met d' Appel gaat strijken
appelaer [1]	Den Appelaer die by de
appelen [1]	D'Andoren ziet men Appelen dragen
appelona [2]	Appelona hoe lang Zat Appelona die ik sach
ar'mant [1]	ZO zach Ar'mant zijn lief Amiel
arabes [1]	Bespat was met Arabes bloed
arabier [1]	Geknevelt van den Arabier
aren [1]	als 't rijpe graan de tijdelozer aren
argidon [2]	Met Argidon helaas moet hy Den jongen Argidon die gaat verlooren
argiel [1]	Dus woedende vat hy Argiel
argielukus [1]	En sweert Argielukus den dood
argivina [2]	Zo is 't Argivina die ik bemin Ik bidde Argivina voor Venus aan
arm [2]	Of schoer of arm terwijl de slaap blooten krop een arm zo blank zo
armantus [1]	Armantus hoe waar 's nu het
arme [1]	d' Arme mensch vergaapt sijn
armen [4]	Als winter-wolven uyt zijn armen gerust in d' armen van haar heer al in sijn armen ley u op mijn armen dragen
arnoldo [2]	Op Arnoldo die gebogen Van Arnoldo hebt gewent
as [1]	braat in d' as Kastanien of vertelt
astor [3]	O Astor wilt gy nu Maar Astor niet belust dan Vlucht Astor vlucht vry voort
astors [1]	Door Astors kling getapt daar
at [1]	Zy at sijn vlees en
aurore [1]	schreef het self met stralen van Aurore
avond [2]	Den avond steekt heel vroeg Den avond was alrede aan
avontuur [1]	haar al ons avontuur vertelt
ay [14]	heen en trek ay trek uw snelste Slaat ay sla voor 't Mijn schoone ay laaf ay laaf schoone ay laaf ay laaf eens mijn Weerhoud u woeden ay heb medelijden Ay blijf wat staan riep Mierus toef ay toef Ay zoete Nimphje wanneer 't eens Ay laat de liefde ons ook AY tortelduifjen staak uw treuren Ay laat my gaan Melarkus bad Ay rep u ay rep u Ay rep u ay rep u wat 't en seyde ay staak uw schromen
æmstel [1]	die in den Æmstel speelt